Via een script

Doel

Met de functie Uitvoeren koppeling voert u een script uit de categorie Overige uit. Dit kan een script zijn, ...:

dat u hebt ontvangen via de supportdesk, om een grootschalige wijziging in uw database uit te voeren.

waarmee u een bepaald overzicht van gegevens uit uw database ophaalt, zodat u makkelijker kunt beoordelen of er iets moet veranderen.

om na te gaan welke mutaties er hebben plaatsgevonden, bijvoorbeeld in de gegevens van een persoon.

 

Voorbeelden van overzichten:
- Met het script ACTUEEL_TARIEF vervaardigt u een csv-bestand met de actuele tarieven van uw artikelen. Indien er artikelen zijn, waarbij een actueel tarief ontbreekt, dan staan deze vermeld in een apart logbestand.
- Als u de optionele functionaliteit voor procesbewaking in gebruik hebt, dan vraagt u via het script INVUL_BRIEF een overzicht aan, waaruit blijkt bij welke brieven u via een procesbewaking controleert of er een tweede brief verzonden moet worden, omdat er op een eerste exemplaar binnen een bepaalde tijd geen reactie is ontvangen.

 

 

 

Waar?

Stap

Wat

Hoe?

1

Optioneel: Importeer een nieuw script in Centric Begraven.

Zie: Importeren

2

Selecteer de tegels voor procedures.

Klik in de menubalk op de link 'Centric Begraven', of op de voorste stip.

3

Selecteer de functie Uitvoeren koppeling.

U vindt de functie in het menu van de tegel Uitvoer.

 

 

 

Processtappen

Processtap

Bijzonderheden

Aanmaken bestanden

In het veld Koppeling staan al uw overige koppelingen als selectiemogelijkheid. Selecteer het script dat u wilt uitvoeren.

U ziet wanneer de gekozen koppeling voor het laatst is uitgevoerd. In de toelichting staat tekst, die is opgenomen toen het script is geïmporteerd. Deze tekst is te bewerken via de beheerfunctie Koppelingen, mocht de tekst niet meer correct zijn.

Druk op Volgende stap, indien u in de processtap Resultaat wilt bekijken welke runs er geweest zijn, en met welke parameters. U gaat via de processtap Aanmaken bestanden terug. Mocht u al parameters hebben veranderd, dan zijn deze veranderde waarden nog steeds aanwezig in de processtap.

Bewerk eventueel de parameters, die zijn verschenen. Ze kunnen al gevuld zijn met een standaardwaarde.
Sommige parameters bieden u de mogelijkheid om eerst te signaleren waar een gegeven in een database voorkomt, voordat u het script nogmaals uitvoert om de wijzigingen daadwerkelijk door te voeren.
Indien u een systeemnummer van bijvoorbeeld een persoon moet invoeren, dan is deze te vinden via de zoekfunctie in de menubalk.
Indien het nodig is om een omschrijving, of een standaardwaarde van een parameter structureel te veranderen, dan regelt u dat via de beheerfunctie Koppelingen.

Druk op Uitvoeren.

Resultaat

Gegevensblok 'Koppeling [naam van de koppeling]'

In het gegevensblok 'Koppeling [naam van de koppeling]' staat bovenaan een regel met de gegevens van de batch, die zojuist is uitgevoerd. Daaronder kunnen batchgegevens staan van vorige keren, dat de batch is gedraaid.

Met vraagt u de parameters op, die voor uw run en voor een vorige run zijn gebruikt.

 

Gegevensblok 'Resultaat'

Het resultaat van de zojuist, of eerder uitgevoerde batch zal bestaan uit een aantal bestanden.

Met vraagt u de inhoud op van een bestand om deze in te zien. U ziet dan de inhoud van het bestand, dat in het gegevensblok 'Resultaat' is geselecteerd.

Met verwijdert u een bestand uit het resultaat.

Met downloadt u een geselecteerd bestand.